- 18 uur geleden
Verdienmodel van Nederlandse topclubs in gevaar: transfersysteem moet op de schop
Het transfersysteem moet op de schop, zo oordeelt het hooggerechtshof van Europa in een door Lassana Diarra aangespannen rechtszaak. Binnen het huidige systeem kunnen spelers met een contract niet van club wisselen zonder een schadevergoeding aan hun club te betalen. Dat is in strijd met de Europese regels voor vrij verkeer van personen binnen de Unie.
In de zomer van 2013 maakte Diarra een transfer van Anzhi Makhachkala naar Lokomotiv Moskou, waar hij een contract voor twee seizoenen tekende. Een jaar later besloot hij dat hij weer wilde vertrekken uit Moskou. Hij zegde zijn contract eenzijdig op en wilde transfervrij tekenen bij Charleroi. De Belgische club benaderde de FIFA en de Belgische voetbalbond om te vragen of dit mogelijk was. Charleroi kreeg te horen dat de Fransman in dat geval zelf een schadevergoeding zou moeten betalen aan de Russische club én dat zijn nieuwe club ook juridisch verantwoordelijk zou zijn. Hierdoor besloot Charleroi de transfer niet door te zetten.
De advocaat-generaal van het Europese Hof concludeerde in het voorjaar dat de manier waarop Diarra is behandeld moeilijk te rijmen is met de Europese regels op het gebied van mededinging en het vrije verkeer van personen. Binnen de Europese Unie staat het werknemers namelijk vrij om hun baan op te zeggen en binnen de Unie te gaan en staan waar zij willen. Het advies van de advocaat-generaal is vaak leidend voor de uiteindelijke uitspraak. Dat bleek ook nu het geval.
De zaak van de oud-voetballer van onder meer Real Madrid lijkt de grootste wijziging van het transfersysteem in te luiden sinds het Bosman-arrest van 1995. Destijds wilde Jean-Marc Bosman na afloop van zijn contract in de zomer van 1990 overstappen van Club Luik naar USL Dunkerque. Luik vroeg echter een een opleidingsvergoeding van twaalf miljoen Belgische Franken. Hij werd uiteindelijk in het gelijk gesteld en sindsdien mogen clubs geen transfersom meer vragen voor voetballers van wie het contract afgelopen is.
Lees ook: Van der Gijp maakt zich zorgen over Ajacied: 'Wordt dat ooit een zekerheidje?'
De zaak is onder meer groot nieuws voor Nederlandse clubs, die zeer afhankelijk zijn van transferinkomsten. Nederlandse clubs leiden vaak spelers op en verkopen deze vervolgens voor grote bedragen. Deze spelers staan voor niets in de boeken en hun transfersom geldt dus als pure winst. Onder meer Ajax-jeugdexponenten Frenkie de Jong en Matthijs de Ligt maakten lucratieve transfers in de zomer van 2019 naar respectievelijk Barcelona en Juventus. PSV verkocht onder meer jeugdspelers Cody Gakpo en Memphis Depay voor grote bedragen en Feyenoord deed Orkun Kökcü en Lutsharel Geertruida voor grote bedragen van de hand.
Antoine Duval (39), hoofd van de afdeling sportrecht bij het in internationaal recht gespecialiseerde Asser Instituut, liet tegenover Het Parool al zijn licht schijnen op de situatie. “Het verandert de machtsverhoudingen in de driehoek speler-verkopende club-aankopende club. Nu kan een club die een speler haalt zonder zijn oude club te compenseren, financieel aansprakelijk worden gesteld. Dat gegeven drijft transferbedragen op. De verkopende club heeft recht op schadevergoeding. Als de aansprakelijkheid van tafel gaat door de uitspraak van het hof, zal die vergoeding voortaan veel kleiner zijn."
Eerder werd door econoom Oliver Budzinski gespeculeerd over mogelijke gevolgen van de verandering van het systeem. Hij voorzag dat de zaak voor Ajax mogelijk positief zou kunnen uitpakken. "Misschien wordt Ajax er zelfs beter van", zei hij. "Ik kan me voorstellen dat er een fonds in het leven wordt geroepen om opleidingsclubs te compenseren bij het vertrek van talenten. Daar zou Ajax van kunnen profiteren."
Duval was echter sceptisch dat een dergelijk fonds snel van de grond zal komen. "Zo’n fonds klinkt als een logische reactie, maar wie gaat dat financieren? Waarom zouden buitenlandse clubs daar vrijwillig aan meebetalen?" Hij verwachtte dan ook dat de machtspositie van Nederlandse clubs verder zal verslechteren. "Een gevolg van de Diarrazaak kan zijn dat die gelden niet langer van Engelse clubs naar Nederlandse clubs vloeien, maar alleen nog van Engelse clubs naar Nederlandse spelers en trainers. Nederlandse clubs hebben dan het nakijken en zullen het nog moeilijker krijgen in Europese competities."