- 16 uur geleden
De tien duurste inkomende transfers van Internazionale ooit
Bijna elke transferperiode doen de Europese topclubs een aantal grote aan- en verkopen. Ook Internazionale heeft over de jaren heen een aantal enorme transfers bewerkstelligd en flink geld uitgegeven op de transfermarkt. Dit zijn de tien duurste inkomende transfers van Internazionale aller tijden.
Gabriel Barbosa – 29,5 miljoen euro (Santos, 2016/17)
Internazionale hoopte met de komst van Gabriel Barbosa een toptalent aan te trekken. De Italiaanse topclub betaalde op 27 augustus 2016 liefst 29,5 miljoen euro om de spits over te nemen van Santos. Een succes werd de Braziliaan in Milaan echter bepaald niet. Barbosa speelde slechts negen wedstrijden voor de club en was daarin één keer trefzeker. Na huurperiodes bij Benfica, zijn oude club Santos en Flamengo besloot laatstgenoemde club hem op 27 januari 2020 definitief in te lijven voor 17,5 miljoen euro.
Benjamin Pavard – 30 miljoen euro (Bayern München, 2023/24)
Benjamin Pavard zette zich tijdens het WK 2018 met Frankrijk op de wereldwijde voetbalkaart en verdiende een jaar later, in de zomer van 2019, een transfer naar Bayern München. De Duitse topclub maakte 35 miljoen euro over naar VfB Stuttgart. In het shirt van Bayern legde Pavard beslag op vier landstitels én won hij in 2020 de Champions League. Na vier seizoenen in dienst van der Rekordmeister kwam de einddatum van het contract van de verdediger in zicht en besloot hij om dit niet te verlengen. Bayern wilde Pavard in de zomer van 2023 slijten en uiteindelijk kwam Internazionale over de brug met een transfersom van dertig miljoen euro.
Alessandro Bastoni – 31 miljoen euro (Atalanta, 2017/18)
Alessandro Bastoni brak al op jonge leeftijd door in de Serie A. De verdediger maakte op achttienjarige leeftijd zijn debuut voor Atalanta. Na enkele wedstrijden gespeeld te hebben in de hoofdmacht van de club uit Bergamo, wist Internazionale al genoeg. De Milanezen trokken de portemonnee en legden op 31 augustus 2017 31 miljoen euro op tafel voor de jonge Italiaan, die daarna weer gelijk verhuurd werd aan zijn oude club. Hij werd hierna nog een seizoen verhuurd aan Parma en brak uiteindelijk in het seizoen 2019/20 door bij Inter.
Geoffrey Kondogbia – 31 miljoen euro (AS Monaco, 2015/16)
Geoffrey Kondogbia stond in Frankrijk te boek als een groot talent. De middenvelder speelde op negentienjarige leeftijd al regelmatig wedstrijden voor Sevilla en werd op 31 augustus 2013 voor twintig miljoen euro verkocht aan AS Monaco. Ook in het prinsdom legde de Fransman goede prestaties op de mat, waarna Internazionale op 22 juni 2015 bereid was om 31 miljoen euro op tafel te leggen. Kondogbia liet echter niet echt zien dat hij dit bedrag waard was. Uiteindelijk speelde de middenvelder 56 wedstrijden voor de club uit Milaan om vervolgens op 21 augustus 2017 op huurbasis naar Valencia te verkassen. De Spanjaarden maakten de deal een jaar later permanent en kochten Kondogbia voor 22 miljoen euro over, waarmee de Italianen nog een relatief groot deel van de transfersom terugverdienden.
Nicolò Barella – 37 miljoen euro + 13 miljoen euro (Cagliari, 2020/21)
Nicolò Barella maakte al op achttienjarige leeftijd zijn debuut in de hoofdmacht van Cagliari, de club die hem ook opgeleid had. De middenvelder mocht na 68 minuten invallen voor Diego Farias in de met 4-0 gewonnen wedstrijd tegen Parma. Langzaam groeide de Italiaan uit tot sterkhouder bij de club en in 2019 wist Internazionale genoeg. De club uit Milaan besloot de international voor 12 miljoen euro te huren, met een verplichte optie tot koop à 25 miljoen euro, exclusief bonussen van 13 miljoen euro, aan het eind van het seizoen.
Hernán Crespo – 40 miljoen euro (Lazio, 2002/03)
Op 14 augustus 1996 haalde Parma Hernán Crespo naar Italië door ruim vier miljoen euro te betalen aan het Argentijnse River Plate. De spits ontpopte zich tot een ware sensatie op de velden van de Serie A en in 2000 vertrok hij naar Lazio. Na twee seizoenen in Rome verruilde Crespo het shirt van Lazio voor het shirt van Internazionale, dat veertig miljoen euro betaalde. Het dienstverband duurde niet lang en een jaar later werd de aanvaller alweer voor 26 miljoen euro verkocht aan Chelsea. Crespo kwam vervolgens nog op huurbasis uit voor AC Milan en Inter, dat hem in de zomer van 2008 weer transfervrij overnam van de Londenaren. Hierna speelde de Argentijn nog voor Genoa en sloot hij zijn carrière in 2012 af bij Parma.
Achraf Hakimi – 40 miljoen euro (Real Madrid, 2020/21)
Niet elke topaankoop komt goed uit de verf, maar de aankoop van Achraf Hakimi was een schot in de roos. De Marokkaans international maakte op 2 juli 2020 voor veertig miljoen euro een transfer van Real Madrid naar Internazionale. Hakimi had de voorgaande twee seizoenen op huurbasis bij Borussia Dortmund doorgebracht en had hier een zeer goede indruk achtergelaten. In 73 wedstrijden voor die Borussen scoorde de aanvallend ingestelde verdediger 12 keer en gaf hij ook nog 17 assists. Eenmaal in Milaan zette Hakimi zijn fenomenale vorm door. De verdediger was een van de uitblinkers in Milaan en mede door zijn contributie wist de club in het seizoen 2020/21 de Serie A te winnen. Hakimi bleef echter slechts één seizoen in het Stadio Giuseppe Meazza: wegens financiële problemen moest de club hem verkopen aan Paris Saint-Germain. De Fransen legden liefst 66,5 miljoen euro neer voor de verdediger.
João Mario – 40 miljoen euro + 5 miljoen euro (Sporting Portugal, 2016/17)
Internazionale zag in João Mario een speler voor de toekomst. De Portugees was een belangrijke schakel bij Sporting Portugal en leek toe aan een volgende stap in zijn carrière. In Milaan was men op 27 augustus 2016 bereid om veertig miljoen euro plus vijf miljoen euro aan bonussen neer te leggen voor de middenvelder. Achteraf bleek dat geen goede zet. Hoewel João Mario in zijn debuutseizoen nog regelmatig in actie kwam, nam zijn speeltijd daarna flink af. De tweede helft van het seizoen 2017/18 bracht de Portugese international op huurbasis door bij West Ham United. Ook in Londen wist de middenvelder echter geen potten te breken. Uiteindelijk volgde uitleenbeurten aan Lokomotiv Moskou en zijn oude club Sporting Portugal, totdat het contract van de middenvelder op 12 juli 2021 in overleg ontbonden werd. Een dag later tekende hij bij Benfica.
Christian Vieri – 49 miljoen euro (Lazio Roma, 1999/00)
Christian Vieri werd op 31 augustus 1999 de duurste speler aller tijden, toen Internazionale omgerekend 49 miljoen euro voor hem aan Lazio betaalde. De Italiaan kende zijn beste periode uit zijn loopbaan bij de club uit Milaan. Bij Inter maakte Vieri 123 doelpunten in 190 wedstrijden en het was ook de enige club waar Vieri langer dan één seizoen actief was. Uiteindelijk speelde de spits zes seizoenen voor i Nerazzurri. In zijn tijd bij de club vormde Vieri spitsenduo’s met onder anderen Ronaldo, Hernán Crespo en Adriano. De spits kwam na zijn dienstverband bij Inter nog uit voor AC Milan, Sampdoria, Fiorentina en Atalanta, waar hij zijn carrière in april 2009 afsloot.
Romelu Lukaku – 74 miljoen euro (Manchester United, 2019/20)
Bijna twintig jaar na dato werd Christian Vieri van de troon gestoten als duurste inkomende transfer aller tijden van Internazionale. Op 8 augustus 2019 betaalde de club namelijk liefst tachtig miljoen euro om Romelu Lukaku naar Milaan te halen. De komst van Lukaku bleek een schot in de roos. In zijn debuutseizoen wist de aanvaller 34 keer te scoren in 51 wedstrijden. Zijn tweede seizoen in Italië maakte Lukaku echter de koning van Milaan. Mede door zijn 24 competitiedoelpunten wist Il Biscione voor het eerst sinds 2010 weer de Scudetto te winnen. Op 12 augustus 2021 vertrok Lukaku voor liefst 115 miljoen euro naar zijn oude club Chelsea. Na een seizoen in Londen keerde Lukaku op huurbasis terug bij Inter, dat hem in de zomer van 2023 definitief wilde overnemen. De clubleiding kwam er echter achter dat hij ook om tafel zat met Juventus en trok de stekker uit de onderhandelingen. Tot een transfer naar Turijn kwam het niet en hierdoor was Chelsea genoodzaakt om Lukaku in de zomer van 2023 op huurbasis te laten vertrekken naar AS Roma.