- 18 uur geleden
Dit zijn de duurste inkomende transfers in de Serie A aller tijden
Bijna elke transferperiode doen de Europese topclubs een aantal grote aan- en verkopen. Ook de clubs in de Serie A hebben over de jaren heen een aantal enorme transfers bewerkstelligd en flink geld uitgegeven op de transfermarkt. Dit zijn de tien duurste inkomende transfers in de Serie A aller tijden.
Gaizka Mendieta – 48 miljoen euro (Van Valencia naar Lazio Roma, 2001/02)
Gaizka Mendieta maakte tussen 1992 en 2001 furore bij Valencia en wist hij de club in 2000 en 2001 naar de finale van de Champions League te leiden. Deze finales gingen echter allebei verloren, waarna Mendieta in de zomer van 2001 voor 48 miljoen euro de overstap naar Lazio Roma maakte. In Rome moest Mendieta de vertrokken Pavel Nedved (Juventus) en Juan Sebastián Véron (Manchester United) doen vergeten. De Spanjaard kon bij Lazio echter niet aan de hoge verwachtingen voldoen. In 2004 vertrok Mendieta transfervrij naar Middlesbrough, waar hij in 2008 zijn carrière zou afsluiten.
Gianluigi Buffon – 52,88 miljoen euro (Van Parma naar Juventus, 2001/02)
Juventus betaalde op 3 juli 2001 ongeveer 52 miljoen euro aan Parma voor de doelman, waardoor hij op dat moment de duurste keeper aller tijden werd. Bij Juventus werd de Italiaan een clubicoon. Gedurende zijn eerste periode bij de club won Buffon negen landstitels en bleef de doelman Juventus trouw nadat de club wegens een corruptieschandaal verplicht degradeerde naar de Serie B. Uiteindelijk hielp Buffon zijn club weer naar de Serie A en won Juventus nog meerdere kampioenschappen met de Italiaan op doel. In 2018 verliet Buffon de club transfervrij voor Paris Saint-Germain. Dit vertrek was echter maar van korte duur, want de doelman keerde een jaar later alweer terug naar Juventus. Weer twee jaar later sloot Buffon wel definitief het hoofdstuk Juventus af: de keeper vertrok toen transfervrij naar zijn oude club AC Parma. Hier zette hij in de zomer van 2023, bijna 28 jaar na zijn debuut in het betaalde voetbal, een punt achter zijn carriere.
Hernán Crespo – 56,8 miljoen euro (Van Parma naar Lazio, 2000/01)
Hernán Crespo was een sensatie op de Italiaanse velden. De Argentijnse aanvaller maakte in de zomer van 2000 voor maar liefst 56,8 miljoen euro de overstap van Parma naar Lazio. Crespo is tot op de dag van vandaag de duurste aankoop ooit van Lazio. In Rome zette Crespo zijn goede vorm vrolijk door en wist hij in 73 wedstrijden maar liefst 48 keer het net te vinden. Na twee jaar bij Lazio te hebben doorgebracht, verkaste Crespo voor veertig miljoen euro naar Internazionale. Verder speelde de aanvaller nog voor Chelsea, AC Milan, Genoa en Parma. In 2012 besloot de Argentijns international zijn schoenen aan de wilgen te hangen.
Romelu Lukaku – 74 miljoen euro (Van Manchester United naar Internazionale, 2019/20)
In de zomer van 2019 werd Romelu Lukaku voor 74 miljoen euro door Internazionale gekocht van Manchester United. Lukaku kende in de Premier League een goede periode bij Everton, maar bij Manchester United kwam de aanvaller niet volledig uit de verf. Toch kon de spits bij the Red Devils goede cijfers overleggen, 42 doelpunten in 96 wedstrijden, waarna Inter er toch heil in zag om de Belg aan te trekken. De komst van Lukaku bleek een schot in de roos. In zijn debuutseizoen wist de aanvaller 34 keer te scoren in 51 wedstrijden. Zijn tweede seizoen in Italië maakte Lukaku echter de koning van Milaan. Mede door zijn 24 competitiedoelpunten wist Inter voor het eerst sinds 2010 weer de Scudetto te winnen. Toch raakte de Belg al snel zijn heldenstatus kwijt nadat hij in de zomer van 2021 een transfer forceerde naar Chelsea. De Londenaren betaalden 113 miljoen euro voor Lukaku, die tussen 2011 en 2014 ook onder contract stond bij Chelsea, maar de spits wist geen indruk te maken. Lukaku maakte slechts acht competitiedoelpunten en keerde in 2022 gedesillusioneerd op huurbasis terug naar Inter. Na een seizoen wilde de Italiaanse topclub de spits definitief overnemen van Chelsea. De clubleiding kwam er echter achter dat hij ook om tafel zat met Juventus en trok de stekker uit de onderhandelingen. Tot een transfer naar Turijn kwam het niet en hierdoor was Chelsea genoodzaakt om Lukaku in de zomer van 2023 op huurbasis te laten vertrekken naar AS Roma.
Victor Osimhen – 75 miljoen euro (Van Lille OSC naar Napoli, 2020/21)
Bij Napoli was men in de zomer van 2020 op zoek naar een nieuwe aanvalsleider. De club uit Napels vond hun nieuwe spits bij Lille OSC. De Franse club had het voorgaande seizoen Victor Osimhen weggeplukt bij het Belgische RSC Charleroi en de komst van de aanvaller bleek een schot in de roos. In 38 wedstrijden voor Lille OSC scoorde Osimhen 18 keer en leverde hij 6 assists. Napoli was hierna bereid om 75 miljoen euro voor de Nigeriaan neer te leggen. Dat terwijl Osimhen in 2017 nog op de Nigeriaanse velden voetbalde. De aanvaller werd met zijn transfer op dat moment de duurste aankoop van Napoli aller tijden.
Arthur Melo - 72 miljoen euro + 10 miljoen euro (Juventus, 2020/21)
De transfer van Arthur Melo is op zijn minst wat schimmig te noemen. De Braziliaan verhuisde op 9 juli 2018 naar Barcelona, dat 31 miljoen euro naar zijn club Grêmio overmaakte. De Braziliaan kon mede door blessureleed echter nooit tot een vaste basisspeler uitgroeien in Catalonië. Dat weerhield Juventus er echter niet van om op 29 juni 2020 72 miljoen euro plus 10 miljoen euro aan bonussen te betalen om de middenvelder te strikken. Miralem Pjanic bewandelde voor zestig miljoen euro de omgekeerde route. De deal zou echter vooral gedaan zijn voor de boekhouding en om de cijfers van zowel Barcelona als Juventus mooier te laten lijken dan ze in werkelijkheid waren. Melo kwam in het seizoen 2022/23 op huurbasis uit voor Liverpool en werd in de zomer van 2023 opnieuw verhuurd, maar ditmaal aan Fiorentina.
Dusan Vlahovic – 81,6 miljoen euro (Van ACF Fiorentina naar Juventus, 2021/22)
In de winter van 2022 besloot Juventus een flinke smak geld te betalen voor Dusan Vlahovic. De spits kwam voor 81,6 miljoen euro van Fiorentina. Bij Fiorentina had de aanvaller laten zien een neusje voor de goal te hebben. In 108 wedstrijden voor la Viola scoorde Vlahovic 49 keer. Vooral in zijn laatste seizoen bij Fiorentina leek er geen maat te zitten op de Serviër. Dat terwijl Vlahovic bij zijn vorige club, Partizan Belgrado, niet echt een doelpuntenmaker bleek te zijn. De aanvaller ontpopte zich in Florence als een echte afmaker en verdiende zodoende een transfer naar Juventus.
Matthijs de Ligt – 85,5 miljoen euro (Van Ajax naar Juventus, 2019/20)
Ajax maakte in het seizoen 2018/19 een enorme indruk op de rest van Europa. De Amsterdammers wonnen in eigen land de dubbel, maar wisten bovenal door te dringen tot de halve finale van de Champions League. Tijdens de Champions League-campagne wist Ajax Europese grootmachten zoals Juventus en Real Madrid uit te schakelen. Matthijs de Ligt was dat seizoen een van de sterkhouders van dit Ajax. De sterke verdediger was aanvoerder en wist Juventus zelfs eigenhandig uit te schakelen door in de kwartfinale het winnende doelpunt te maken. Wellicht zagen de beleidsmannen van de Oude Dame toen in dat De Ligt hun nieuwste versterking voor de achterhoede moest worden. Juventus betaalde 75 miljoen euro, exclusief 10,5 miljoen euro aan bonussen, voor de verdediger. De Ligt schommelde tijdens zijn eerste seizoenen tussen bank en basis, maar uiteindelijk wist hij zichzelf te manifesteren als een belangrijke speler voor Juventus. In 2022 vertrok de Nederlander echter weer uit Turijn: Bayern München betaalde 67 miljoen euro, exclusief 13 miljoen euro aan bonussen, voor de verdediger.
Gonzalo Higuaín – 90 miljoen euro (Van Napoli naar Juventus, 2016/17)
Gonzalo Higuaín schoot namens Napoli de gehele Serie A aan gort. In 146 wedstrijden wist de Argentijn 91 keer te scoren. Tijdens het seizoen 2015/16 werd de spits zelfs topscorer van de Serie A met 36 doelpunten. Hierop besloot Juventus om negentig miljoen euro aan Napoli te betalen voor de Argentijn. Ook voor de club uit Turijn was Higuaín aardig op schot: in 149 wedstrijden scoorde de spits 66 keer. Toch werd de aanvaller in het seizoen 2018/19 uitgeleend aan twee verschillende clubs. Van augustus 2018 tot januari 2019 speelde Higuaín voor AC Milan om vervolgens voor Chelsea uit te komen. Bij beide clubs kon de Argentijn echter geen potten breken. In 2020 vertrok de aanvaller transfervrij naar Inter Miami, waar hij in januari 2023 zijn carrière beëindigde.
Cristiano Ronaldo – 117 miljoen euro (Van Real Madrid naar Juventus, 2018/19)
De derde duurste aankoop van Real Madrid ooit is tevens de duurste uitgaande transfer van de club: Cristiano Ronaldo. De vedette uit Portugal was jarenlang de speler waar het bij Spaanse topclub om draaide. Hij won zestien hoofdprijzen, vier Ballon d’Ors en tweemaal ‘The Best’. Ronaldo maakte 101 doelpunten voor Real Madrid in de Champions League, meer dan wie dan ook voor een club, en scoorde in elk van zijn negen seizoenen minimaal dertig keer. De teller bleef op 450 officiële doelpunten steken, alvorens hij als beste speler van Real Madrid aller tijden aan Juventus werd verkocht. Na drie seizoenen in Turijn keerde Ronaldo terug bij Manchester United, dat zeventien miljoen euro betaalde voor de aanvaller. Het verblijf op Old Trafford duurde slechts anderhalf seizoen en mede door een slechte verstandshouding met Erik ten Hag werd Ronaldo's contract ontbonden bij de club. Hierdoor kon hij in januari 2023 gratis naar het Saoedische Al-Nassr.