Verguisde Ajacied trekt zich niets aan van kritiek: 'Iedereen mag zijn mening hebben, maar...'

Imre Himmelbauer

• Bijgewerkt: 10 feb. 2024 10:04 CET
• 2 min leestijd

Kenneth Taylor heeft geen boodschap aan de kritiek die hij te verwerken krijgt. Zeker aan het begin van het seizoen was de 21-jarige middenvelder vaak het mikpunt van spot, maar nog altijd klinken er af en toe kritische geluiden. Onlangs schreef Hugo Borst in zijn column voor het Algemeen Dagblad nog dat de 'kansenmisser' zijn voeten 'orthopedisch recht moet laten zetten'. Taylor kan er naar eigen zeggen weinig mee.

"Er is zoveel over mij gezegd en geschreven dat ik inmiddels geleerd heb me niet te veel van de media en het publiek aan te trekken. Iedereen mag zijn mening hebben, natuurlijk, maar ik ken mijn eigen vorm zelf het best", zegt Taylor in gesprek met het Algemeen Dagblad. De Oranje-international kwam dit seizoen in 29 wedstrijden tot 3 goals en 4 assists.

Zeker de kritiek die nu nog klinkt, kan Taylor moeilijk begrijpen, omdat hij zelf het gevoel heeft dat het juist beter gaat. "Dat ik gemakkelijker voetbal en defensief meer bijdraag. In de periode dat het zo slecht ging, keek ik niet naar wat er om mij heen was vertrokken en wat ik miste. Ik ben vooral gaan kijken naar wat ik zelf moest verbeteren om mijzelf en het team weer beter te laten draaien."

Volgens de spelverdeler was het verdedigen daarin het allerbelangrijkste. "We zijn aan de bal gegroeid, maar krijgen de goals alleen nog wat te gemakkelijk tegen. Daar trainen we vol op. Ik vind het alleen niet eerlijk om steeds naar de verdedigers te wijzen. Als je de tegengoals analyseert, zie je dat misschien wel negen van de tien hogerop ontstonden. Dat slecht druk werd gezet of omgeschakeld, ook door mij, en mede daardoor een verdediger fout instapte bijvoorbeeld."

Na het oefenduel met Hannover in Spanje (2-1 winst) prees trainer John van 't Schip Taylor om zijn groei zonder bal. Dat is iets waar de middenvelder bewust op heeft getraind. "Ik merkte in onze slechte periode dat ik daarin moest groeien. Voor mijzelf en voor de club. Ik ben ermee aan de slag gegaan, met hulp van de afdeling Science en een voormalige jeugdtrainer van Ajax. Het helpt."